Artikel Seizoensterugblik Groene Markt Jaargids 2019

Artikel Seizoensterugblik Groene Markt Jaargids 2019

Stond 2017 nog in het teken van de ‘volle tevredenheid’, 2018 heeft weer bewezen hoe kwetsbaar de omzet voor motoristen kan zijn. De specialisten met een waterassortiment mochten zich tijdelijk in de handen wrijven. De toekomst voor dieselmotoren ziet er, net als in de automobielbranche, somber uit.

Tropische zomer verdampt machineomzet  
Het kan verkeren. Vorig jaar blikten we vrijwel euforisch terug op een prima seizoen. We wisten toen nog niet dat we aan de vooravond stonden van een jaar waarin er heel wat records sneuvelden. En het toonde aan dat de échte machinespecialisten een onzeker bestaan leiden. Toen jaren geleden, na een aantal slechte seizoenen, de bezem door de branche ging en het aantal motoristen sterk afnam, keken verschillende ondernemers serieus in de spiegel. Zij vroegen zich serieus af of hoe ze hun risico konden spreiden. Het gros bleef bij zijn leest, anderen kozen voor een belendend – vaak softer segment – of een extra specialisme als beregening. Maar wat gebeurt er als de weerssituaties écht extreem zijn?

Droge mei
Om die laatste vraag te beantwoorden, duiken we in de KNMI-statistieken van 2018. Ofschoon de lente erg koud begon (maart was kouder dan gemiddeld), ging in april de thermometer al aardig omhoog. Met een gemiddelde van 16,4° C ging mei de boeken in als de warmste meimaand in driehonderd jaar! Qua neerslag was april ronduit nat te noemen, maar alleen in de laatste week van de maand was er sprake van ‘normale regen’, dus geen korte, fikse buien die voor overlast zorgen. En hoe normaler de neerslag, hoe groeizamer.
Mei was warm én droog. Afgezien van een fikse bui bleef neerslag tot de laatste week uit: het was een redelijk groeizame maand al moesten de planten (en menig gazon) al behoorlijk bevochtigd worden.

Extreme zomer
Over de zomer zullen we de komende jaren nog niet uitgepraat raken. Met een gemiddelde temperatuur van bijna 20° C was het de warmste zomer in ruim drie eeuwen. De hoogst gemeten waarde van 38,2° C lag slechts 0,4° C onder het Nederlands record. En als klap op de vuurpijl extreme droogte. De zomer van 2018 gaat dan ook de boeken in als droogste sinds 1906. Sterker nog: het landelijk gemiddeld neerslagtekort beliep begin augustus ruim 300 mm! En dat is belangrijk vocht dat onze natuur – zonder hulp van buitenaf – te kort komt.
Ook de herfst kenmerkte zich als zeer droog en vrij zacht en we mochten van geluk spreken dat, van enkele fikse onweersbuiten afgezien, stormen uitbleven. Zeker na een periode van extreme droogte is dat een geluk bij een ongeluk.

Te droog
Het behoeft geen betoog dat de extreme hitte zijn invloed heeft gehad op de omzet van onze handel. De historische spreuk ‘vrouwen bloot, handel dood’ spreekt in dit kader boekdelen, zeker als de zon zich al vroeg in het jaar van zijn warme zijde laat zien. In de lente slaat de tuinmachinehandel zijn eerste slag en in de meeste gevallen mag je daar ook nog wel van spreken. De combinatie van warmte en vocht geeft een impuls aan groei (van gras) en die op zijn beurt vraagt om onderhoud. Toen de droogte echt toesloeg, was het gedaan met de pret. En als de hitte en de droogte ook nog lang aanhouden, kun je alle mogelijke prognoses en hoopscenario’s regelrecht in de prullenbak gooien. Ook al zitten we in een hoogconjunctuur en zijn mensen bereid om te investeren: als het groen niet meer groeit, valt ook het onderhoud stil.
Voor de motoristen met een uitgebreid beregeningsassortiment leek de theorie van risicospreiding op te gaan. Immers: groeit het gras, verkopen we machines maar is het té droog, stagneert de groei en stijgt de vraag naar beregeningsapparatuur. Echter, als na verloop van tijd de overheid het besproeien van tuinen aan banden legt, droogt ook de omzet in dit segment op. Maar zeker in de droge lente vond beregening nog gretig aftrek.  

Uitgedieseld
Ondanks deze extreme grilligheid gaven de verkopen toch wel een duidelijk beeld te zien. De trend van de afgelopen jaren trok zich verder door. De accu blijft onverminderd veelgevraagd en populair en evolueert verder en verder. In vrijwel alle segmenten. Toch duiken er ook al veel tegengeluiden op die het groene imago van de draadloze krachtbron aardig op de proef stellen. Waar komt de elektriciteit vandaan? Hoe wordt het lithium gewonnen? Wat gebeurt er met accu’s als ze aan het eind van hun latijn zijn? Legitieme vragen in de schaduw van het grote succes, maar we moeten ze – zeker in onze groene sector – serieus nemen. Ongetwijfeld zal aan de donkere zijde van grondstofwinning gesleuteld gaan worden, maar voorlopig heeft die discussie nog weinig invloed op de populariteit van de accu, zeker in vergelijking met conventionele krachtbronnen.
Toch is de draadloze krachtbron (nog) niet zaligmakend. Volgens insiders is het einde van de ontwikkeling nog lang niet in zicht, maar is een vervanging van het sterkste brandstofsegment door de accu nog geen optie. En dat is in onze markt de dieselmotor. Maar dat de diesel zijn langste tijd gehad heeft, lijkt eerder realiteit dan fictie. Het segment staat al enige tijd in de vuurlinie: de softwareschandalen van grote autoleveranciers hebben het imago geen goed gedaan. Enkele automobielfabrikanten hebben al aangekondigd te stoppen met de krachtbronnen en ook onze sector is druk doende om de diesel te vervangen door pittige, zuinige en schone benzinevarianten.

Gevaren en impulsen
Het brede aanbod aan draadloze machines haalt ook de werkplaats deels overhoop. Elektra en elektronica zijn een andere tak van sport. Motoristen realiseren zich maar al te goed dat aan de krachtbron zélf weinig sleutelomzet te behalen is, dus moeten ze andere paden bewandelen om hun werkplaatsomzet op peil te houden. En dat doen ze goed. Er zijn namelijk nog legio andere onderdelen die aan slijtage onderhevig zijn en zeker als veiligheid ter sprake komt, kiezen klanten toch eieren voor hun geld. Slimme motoristen werken op een goede manier in de winter aan hun pr, verzorgen toch hun vertrouwde winterbeurten en weten op die manier hun werkplaats nog steeds te laten renderen in de komkommertijd van onze branche.
Anderzijds moeten we ons ook realiseren dat een segment dat moeiteloos langere tijd zonder onderhoud kan, ook makkelijker via andere kanalen gedistribueerd kan worden. Accu is prima geschikt om via internet te verhandelen, dus dat betekent concurrentie voor de reguliere handel. Zeker op het gebied van prijs. Waar een traditionele motorist nog een pand te onderhouden heeft en moet investeren, kan de internethandelaar vanuit zijn huiskamer alles aansturen. Met alle prijsdruk van dien. Maar ook de internethandel is niet zaligmakend: het transport en de opslag van lithiumaccu’s zijn gebonden aan spelregels. Houd je je daaraan, dan komen er heel wat extra administratieve handelingen en kosten bij kijken (vergunningen, speciale verpakkingen).
Maar er is nóg een punt. Waar onze handel toch steeds meer te maken heeft met vergrijzing, geeft de accu meer en meer ruimte aan een jonge generatie techneuten die juist verzot is op software en programmeren. Dat heeft op termijn ook weer positieve gevolgen voor de werkgelegenheid, lees de opvolging van verschillende bedrijven. Een robotmaaier programmeren is ‘een stuk leuker’ dan sleutelen met de neus vol benzinedampen, gechargeerd gezegd.

Uitdagende tijden
Hoe het verder gaat met onze handel, is moeilijk te zeggen. De weers- en conjunctuurafhankelijkheid blijft altijd aanwezig en de snelheid waarmee allerlei vernieuwingen en ontwikkelingen doorgevoerd worden, is ook onbekend. Zeker de economische situatie is een punt van aandacht de komende tijd. Volgens veel economen vlakt de economische groei af. Een enkeling neemt het woord ‘crisis’ al in de mond, maar dat lijkt erg voorbarig. Op zeer korte termijn zal het nog weinig effect hebben op de handel, maar het conjuncturele tij kan snel keren.
Daarnaast spelen er nog legio andere onzekere factoren die het speelveld beïnvloeden. De onvoorspelbare handelspolitiek van Trump heeft veel weg van de gemiddelde weersvoorspelling en ook de Brexit-soap zal nog de nodige littekens nalaten. Voor mensen die behoorlijk wat zaken doen met de betreffende landen zal het een tijd vol uitdagingen worden.
Al met al zegt het veel over de complexiteit van onze handel. Eén op één kopieerbare patronen uit andere sectoren zijn er niet meer te ontdekken. Zeker door dat unieke karakter, door die probleemoplossende functie die de motorist binnen de retailsector heeft, blijft onze sector een bijzondere, kleurrijke eend in de bijt. Individueel ja, maar we merken anderzijds aan alles dat samenwerken wat oplevert, zowel aan aanbodzijde (fabrikanten) als aan distributiezijde. Welke concrete vorm dat is, kan niemand met zekerheid zeggen. Er staan interessante tijden voor de deur. Tijden vol uitdaging!

Dit artikel staat in rubriek 'Seizoensterugblik'  in de Groene Markt Jaargids 2019. 

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief